Regels rond borstweringen en balustrades

borstweringen en balustrades regels woningkwaliteitsnormen conformiteitsattest

Sinds de verplichting van het conformiteitsattest voor huurwoningen ouder dan 20 jaar in Brugge, krijgen wij heel wat vragen rond de regels van balustrades en borstweringen. Bij de woningcontroles van appartementen komt het geregeld voor dat de controleur een gebrek vaststelt omdat de borstweringen en balustrades niet voldoen aan de minimale woningkwaliteitsnormen. Dit is een gebrek van categorie II, wat resulteert in de ongeschiktheid en dus onverhuurbaarheid van de woning/appartement. In dit artikel vatten we de regels kort voor je samen.

Het technisch verslag

Tijdens het conformiteitsonderzoek van de woning/het appartement wordt een technisch verslag (= een controlelijst die woningcontroleurs gebruiken bij het onderzoeken van een woning) opgesteld. Dit verslag bevat 3 categorieën van gebreken:

  • Categorie I: kleine gebreken die de levensomstandigheden van de bewoners negatief beïnvloeden of die potentieel kunnen uitgroeien tot ernstige gebreken. Een woning met enkele kleine gebreken is niet ongeschikt en niet onbewoonbaar.
  • Categorie II: ernstige gebreken die de levensomstandigheden van de bewoners negatief beïnvloeden, maar geen direct gevaar voor de veiligheid of gezondheid. Een woning met een gebrek van categorie II is ongeschikt.
  • Categorie III: ernstige gebreken die mensonwaardige levensomstandigheden veroorzaken of die een direct gevaar vormen voor de veiligheid of de gezondheid van de bewoners. Een woning met een gebrek van categorie III is ongeschikt en onbewoonbaar.
  • 7 gebreken van categorie I gelden als een gebrek van categorie II. 

Al sinds 2019 maken de normen rond borstweringen en balustrades deel uit van de technische verslagen. Maar sinds 1 januari 2021 werd het gebrek er een van categorie II waardoor de rechtsgevolgen een stukje zwaarder zijn geworden.

De regels kort samengevat

Om voldoende veilig te zijn moet een borstwering/balustrade aan volgende vereisten voldoen:

  • de borstwering is stevig
  • de borstwering is stevig verankerd in de ruwbouwconstructie
  • de onderste helft van de borstwering is niet makkelijk te beklimmen en eventuele openingen zijn klein zodat er niemand doorheen kan rollen of kruipen
  • eventuele openingen in de bovenste helft van de borstwering zijn klein zodat niemand er doorheen kan kruipen
  • indien aan bovenstaande vereisten is voldaan, volstaat een hoogte van 75cm

Als een deel van de borstwering uit een makkelijk bereikbaar en stabiel vlak bestaat, wordt de nodige hoogte vanaf dat vlak beschouwd. Borstweringen en balustrades voor lage ramen vallen hier onverkort onder. Lage ramen zijn ramen waarvan de onderzijde zich op het niveau van de vloer van de betrokken ruimte bevindt, of waarvan de vaste borstwering, meestal de muur, een beperkte hoogte heeft. In deze gevallen ontstaat het risico om uit het raam te vallen. Vanaf de eerste verdieping van een woning kan dit ernstige gevaren meebrengen. Het is daarom belangrijk dat de onderzijde van een opengaand raam vanaf de eerste verdieping zich minstens op 75 cm boven de vloer bevindt. Indien lager is een borstwering noodzakelijk die een gelijkaardige veiligheidshoogte biedt. Uiteraard geldt dit niet voor de deuren of ramen die toegang geven tot terrassen en balkons. Het geldt daarentegen wel wanneer een laag raam toegang geeft (bedoeld of onbedoeld) tot een plat dak. Hier is het valrisico beperkt, maar als het raam zich op minder dan twee meter van de rand van het plat dak bevindt, is ofwel een borstwering rond het plat dak noodzakelijk, ofwel een borstwering aan het lage raam. Vanaf de eerste verdieping is ook bij vaste ramen tot op de grond of met een lage borstwering een nazicht nodig. Enkele beglazing biedt bijvoorbeeld geen valbeveiliging wanneer iemand tegen de ruit zou vallen. 

Heb je vragen rond de regels van borstweringen en balustrades? Neem gerust contact met ons op, we helpen je graag verder.

Bron: cib.be & wonenvlaanderen.be